LEESTIJD: 8 MIN
Rio de Janeiro heeft zonovergoten zandstranden, het grootste ‘stadsregenwoud’ ter wereld en sambafeesten waar de levenslust van de carioca’s vanaf spat. Het is moeilijk om niet verliefd te worden op de ‘Cidade Maravilhosa’.
Het is zaterdagmiddag en ik heb het laatste vrije tafeltje bemachtigd in de Rua do Mercado, in het centrum van Rio de Janeiro. Op de kruising van de twee verkeersvrije straten speelt een achtkoppige sambaband. Een paar honderd carioca’s zingt uit volle borst mee. Ze dansen, drinken en lachen, terwijl bezwete obers flessen koud bier en borden met gefrituurde vis aanslepen. Het is weekend en het leven moet gevierd worden. En daar zijn de carioca’s, zoals de bewoners van Rio de Janeiro genoemd worden, goed in. Dat is niet zo gek. De stad van zeven miljoen inwoners, gelegen tussen de met uitbundig regenwoud begroeide bergen van het Tijuca Nationaal Park en de Atlantische Oceaan, ademt levenslust. Van de eindeloze goudgele zandstranden midden in de stad die op zonnige dagen – en het is bijna altijd zonnig in Rio – veranderen in het grootste stadspark ter wereld, tot de sambafeesten op straat die tot in de vroege uren doorgaan: in Rio speelt het leven zich buiten af, met een grenzeloze levensvreugde.
Dat begint in de vroege ochtend, wanneer de zonsopgang de lucht in dramatische tinten oranje kleurt. Stadsbewoners joggen over het vier kilometer lange strand van Copacabana, zwemmen baantjes in de open zee en skaten met lange stroken over de brede boulevard van de Avenida Atlântica, langs de oceaan. Op het water steken tientallen silhouetten af tegen de ochtendzon, peddelend op een supboard. Dat ziet er zo ontspannen uit dat ik besluit een supboard te huren, bij een van de supscholen op het strand. Even later peddel ik door de branding, zittend op mijn board. Het uitzicht is waanzinnig: de skyline van Copacabana, het zonlicht dat op het water schittert, de heuvelachtige eilandjes in de baai die grijsblauw kleuren aan de horizon. Voorzichtig probeer ik te gaan staan, onwennig als een pasgeboren veulen. Drie seconden blijf ik overeind, voor ik omval en kopje-onder ga in de golven. Stand-up paddelen is een zaak van vallen en opstaan.
Culturele meltingpot
Een paar uur later heeft heel Rio zich naar de praia begeven, het Portugese woord voor strand. Veelkoppige families met kinderen die onbekommerd de golven inrennen, groepjes vrienden die slurpend van hun caipirinhas de week doornemen, zongebruinde voetballers die urenlang een bal hooghouden in de branding, verliefde stellen, roodverbrande toeristen en een eindeloze stroom strandverkopers die dampende maiskolven, geroosterde garnalen en koud bier aan de man proberen te brengen.
Ondanks de warmte is stilzitten er niet bij voor de cariocas. De stadsbewoners beoefenen alle mogelijke strandsporten, van beachvolley tot beachvoetbal, surfen en tennis. Dat is leuk om naar te kijken, maar nog leuker om aan mee te doen. Ook dat is cultuur in Rio: vreemden die een potje beachvolley met elkaar spelen, op de vele volleybalvelden op het stadsstrand. Met dezelfde spontaniteit maken de carioca’s een praatje met je op straat of nodigen ze je uit om mee te gaan naar een sambaconcert.
En zo beland ik in de namiddag op het straatfeest in de Rua do Mercado, waar ik heb afgesproken met een vriendin. Het was in deze havenbuurt waar begin vorige eeuw de samba werd geboren, nu de nationale muziek van Brazilië. Samba is meer dan alleen muziek – het is een verhaal, een reis door de tijd. De oorsprong ervan gaat terug naar de koloniale tijd, naar de pijnlijke geschiedenis van de slavernij in Brazilië. De Afrikaanse slaafgemaakten die gedurende drie eeuwen naar Brazilië werden verscheept brachten hun klanken, ritmes en dansen met zich mee en legden zo de basis voor de samba.
Veel vrijgemaakte en ontsnapte slaafgemaakten vestigden zich in de havenbuurt en zo ontstond Pequena África, een levendige wijk waar de Afrikaanse gemeenschappen hun tradities voorzetten. Achter gesloten deuren – want alle Afrikaanse cultuuruitingen waren strikt verboden in die tijd – ontmoetten muzikanten elkaar om samen muziek te maken tijdens de zogenoemde sambakringen. In die smeltkroes van culturen ontstond iets magisch: een muziekstijl die zowel het verdriet van het verleden als de vreugde van het heden in één opzwepende melodie samenvat.
Van beachvolley tot voetbal en suppen, stilzitten is er niet bij voor de carioca’s’
Wandeling door Pequena África
Inmiddels heeft de samba Brazilië veroverd. En de sambakringen bestaan nog steeds. Niet meer achter gesloten deuren, maar in cafés of op straat. Ik besluit dieper in de Afro-Braziliaanse geschiedenis te duiken met gids Lua Ferreira, met wie ik meega op een wandeling door Pequena África, in de historische buurten Gamboa, Santo Cristo en Saudade. “Vandaag zijn jullie mijn leerlingen. Deze straten zijn mijn schoollokaal,” zegt Lua, een geschiedkundige met Afrikaanse roots die sinds zeven jaar toeristen rondleidt door Pequena África. Met haar walking tours wil ze niet alleen vertellen over de geschiedenis van de slavenhandel – Rio de Janeiro was de grootste slavenstad ter wereld – maar ook over de veerkrachtigheid van de Afro-Brazilianen en de rijke cultuur die daaruit voortkwam.
Lange tijd was praten over die geschiedenis taboe. Dat is aan het veranderen, mede dankzij gidsen als Lua. We lopen naar de Valongokade, de ruïnes van een haven waar begin negentiende eeuw een miljoen slaafgemaakten in Brazilië aankwamen. De archeologische vindplaats, UNESCO-erfgoed, werd in 2011 bij toeval ontdekt, tijdens een renovatie van het havengebied voor de Olympische Spelen. Lua vertelt over de slaveneconomie die bloeide rondom deze kade, en hoe de vrijgemaakte slaven zich organiseerden en uiteindelijk hun Afrikaanse cultuur integreerden in de Braziliaanse samenleving. “In deze haven werd de Afro-Braziliaanse geschiedenis geschreven.”
Naar de stadsjungle
Rio de Janeiro staat bekend om haar eindeloze stranden. Maar de Cidade Maravilhosa (‘Fantastische stad’) herbergt ook het grootste ‘stadsregenwoud’ ter wereld: het Nationaal Park Tijuca, een natuurgebied met veertig vierkante kilometer Atlantisch regenwoud, bergtoppen en watervallen dat dwars door de stad van zeven miljoen inwoners loopt. In dit tropische paradijs, op nog geen halfuur rijden van de stranden van Copacabana en Ipanema, lijkt de stad mijlenver weg. Het park heeft een rijke biodiversiteit, met diersoorten als luiaards, toekans en kapucijneraapjes die van tak naar tak slingeren. Je vindt er veel wandelpaden, kristalheldere watervallen waarin je een verfrissende duik kan nemen én Christus de Verlosser, het bekendste standbeeld van Rio boven op de met jungle begroeide berg Corcovado.
Tijuca was niet altijd een regenwoud. Halverwege de negentiende eeuw dreigde de ontbossing door Europese kolonisten dit gebied in een woestijn te veranderen. Een visionaire keizer, Peter II, besloot het land te onteigenen om het gebied tot nationaal park uit te roepen. Dat was de redding voor Rio: het regenwoud geeft de stad letterlijk zuurstof en reguleert regenval. En, wie kan zich Rio voorstellen zonder de achtergrond van de met bos begroeide bergen?
Ik eindig mijn reis met het iconische uitzicht op de Cidade Maravilhosa, vanaf het standbeeld van Christus de Verlosser. Rio heeft misschien wel de mooiste geografische ligging ter wereld, in een omhelzing van de oceaan en het regenwoud. Maar het mooiste van Rio zijn haar bewoners, en de passie waarmee ze het leven tegemoet gaan. Dat maakt dat ik telkens terugkom in deze stad.
eten & drinken
Casa Omolokum
Hier proef je de Afro-Braziliaanse keuken, pal in het hart van Pequena África. Dit kleine restaurant op de Pedra do Sal serveert een op Afrikaanse tradities geïnspireerde gourmetkeuken.
Arp Bar
In deze ultra-stylish bar, deel van het designhotel Arpoador, eet je met lokale ingrediënten bereide gerechten, uitkijkend op het surfstrand van Arpoador en de iconische berg Morro Dois Irmãos.
Aprazível
In dit familie-gerunde sterrenrestaurant kookt chef Ana Castilho creatieve gerechten bereid met biologische ingrediënten uit alle delen van Brazilië. Een verborgen paradijsje in de boho-wijk Santa Teresa.
slapen
Emiliano Rio
Pal aan het strand van Copacabana beschikt boetiekhotel Emiliano Rio over luxueuze suites in minimalistische stijl. Elke suite heeft een privé-balkon waarop je ontbijt met uitzicht over de baai.
Janeiro
Dit chique designhotel heeft 51 kamers met uitzicht op de oceaan en de hippe Leblon-buurt. Naast een infinity pool en een spa huist het hotel een bioscoop waar Braziliaanse arthousefilms worden vertoond.
Sheraton Grand Rio
Tussen de groene heuvels en de azuurblauwe Atlantische Oceaan biedt dit prachtige resorthotel het beste van twee werelden: de rust van een privéstrand en de energie van de stad. Inclusief geweldige wellness, tennisbanen en een fitnesscentrum met zeezicht.
Doen met
kinderen
Naar Rio de Janeiro

